Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Was mij [5]wel van mijn ongerechtigheid, en reinig mij van mijn zonde. 5. Hebr. vermenigvuldig, was mij, of vermenigvuldig, maak veel mij te wassen, of was mij veel, of veelvoudiglijk, wel terdege, over en weer over. Aldus spreekt David uit overdenking en gevoel van de grootheid en veelheid zijner zonden. De manier van spreken is wel genomen van het uiterlijk en ceremonieel wassen en reinigen, [waarvan Lev.11:25,32, en Lev.14:8,9; Num.19:19,20, enz., ook Ex.19:10,] maar ziet op de betekenende zaak, te weten de geestelijke afwassing en reiniging van zonden, door het bloed van den Messias. Zie 1 Kor.6:11; 1 Joh.1:7, en Openb.7:14. Verg. onder vs.9.